OJ200

Het kan inmiddels niemand meer ontgaan zijn dat we in een bizarre tijd leven. Mij ook zeker niet. Ik mag van geluk spreken dat mijn naasten vooralsnog niet besmet lijken te zijn met Corona en dat het bedrijf van manlief geen direct gevolgen ondervindt.

Ik vind deze tijd ook fascinerend, hoe de wereld, Europa, Nederland en wij in onze omgeving omgaan met de gegeven situatie. 

Zelf werk in het onderwijs. Waar wij vorige week spraken over ‘wat als de scholen dichtgaan’, zo moeten we daar ineens echt naar handelen. Gelukkig ziet de overheid dat wij een vitale functie hebben, dat is een meevaller, daar kunnen we altijd nog mee wapperen tijdens de cao-onderhandelingen. Zo sta je te boek als staker en zo ben je een beoefenaar van een cruciaal beroep. 

Maandag beraadden de leidinggevenden zich over ‘thuiswerken’ in het onderwijs, dinsdag kregen de leerkrachten een lading aan informatie over het ‘hoe’ en het ‘wat’ en vanaf woensdag trad ‘de nieuwe realiteit’ (ik snap de term niet want de realiteit is altijd nieuw, volgens mij) in werking. 

Mijn collega’s gaan enthousiast aan het werk en met de overgebleven tijd (geen reistijd, geen nieuw nakijkwerk, geen fysieke vergaderingen, geen rij bij de koffieautomaat en vooralsnog even geen schoolexamens) worden er allerlei creatieve opdrachten, samenwerktools, apps, filmpjes, berichtjes en quizzen met elkaar gedeeld, want het zou toch maar gebeuren dat je door je lesstof heen bent en je je gaat vervelen.

Ook de juffen van zoonlief zijn enthousiast, gelukkig maar, en ik krijg een website vol dagprogramma’s voor hem toegestuurd met allerlei leuke tips om de dag door te komen.

Dus nu zit ik thuis, in de realiteit te wezen, met mijn nieuwe collega’s, waarvan ik er eentje de hele dag aan het werk mag houden via die handige website van zijn juffen, waarvan er twee rommel maken en heel vaak roepen dat ze honger hebben (in paaseitjes vooral) en waarvan er eentje herstellende is van een longontsteking, dus het rustig aan doet. Oh ja, en eentje die heel hard blaft naar elke fietser en wandelaar die voorbijkomt (en dat zijn er heel veel meer dan doorgaans).

Ik vul de agenda’s van mijn leerlingen, ik beantwoord vragen via mail en Teams en ik overleg met collega’s op afstand. Ik word door verschillende mensen per app geattendeerd op een mail in mijn mailbox waar we het dan over gaan hebben in Teams. Ik krijg van mijn heel erg welwillende leerlingen de ergernissen gespuid over de onlinemethodes die er om de haverklap uitliggen en ik krijg van die onlinemethodes net zo vaak aanbiedingen dat zij ons door deze tijd heen willen helpen. We zitten met drie beeldschermen (schermtijd is van de een op de andere dag geen issue meer) aan de eettafel en mijn verstand springt van rekenen groep 3 naar literatuur in havo 5, van videobellen naar snoetepoetsen, van filmpjes met geruststellende woorden naar ongeruste leerlingen en van heel veel opruimen naar enthousiaste appjes van medemoeders.

Ondertussen plingt het nieuws maar door en de meest verschrikkelijke berichten verzamelen zich in een hoekje van mijn onderbewustzijn. Verdriet en angst blijven rondspoken en versterken het gevoel dat ik op alle fronten tekortschiet. Ik probeer iedereen te dienen maar de dienstbaarheid van anderen staat daarbij soms in de weg en van die paradox schiet ik volledig in de stress. 

Als alles weer teruggedraaid is naar het oude systeem, ga ik zeker de vruchten plukken van de creativiteit van die anderen die er nu wel tijd voor hebben.

Voor nu: we zijn gezond en de zorgen beperken zich tot de waan(zinnigheid) van de dag. 

Sterkte voor iedereen bij wie de zorgen de grenzen van overzichtelijkheid overschrijden.

Huishoudelijke politiek


De laatste jaren werk ik overdag in de horeca en ’s nachts in de zorg en heb ik een bijbaan met verantwoordelijkheden in het onderwijs.

Momenteel is de werkdruk in de zorg en onderwijs hoog. Er wordt tijdens de nachtdienst veel van mij verlangd en overdag is even stilzitten er ook niet bij. De kleine burgers willen eten, drinken en tussendoortjes. Naast de functie in de bediening heb ik ook functies in de afwaskeuken en wasserette. Gelukkig vervult manlief de functie van kok.

Naast kokkerellen houdt hij zich ook bezig met de gemeentelijke politiek. Het schijnt al eerder opgevallen te zijn maar politiek, zorg en onderwijs vormen geen jofele combinatie.

Dit weekend was manlief op pad om de polis te paaien. Ik bleef thuis in mijn eigen staatje met mijn drie kritische medeburgers. In de Griekse oudheid was je dan een idiotès.

Thuis hebben we onze eigen politiek.

Op links hebben we onze kleuter, progressief type en ontfermt zich over de zwakkeren in onze minimaatschappij. Hij bewaakt grondig de gerechtigdheid en eerlijke verdeling in ons staatje. Als hij iets heeft ontfutseld wil hij meer.

Op rechts hebben we onze twee peuters. Zij worden meer losgelaten en ze laten zien dat zij meestal met deze vrijheid om weten te gaan. Zij gaan ieder hun eigen kant op en vinden dat prima van elkaar. Ze vragen niet zoveel ‘overheidsbemoedernis’. Het mooie is dat zij tot nu toe ook minder regels nodig hebben. Nu ze steeds meer burgerinitiatief tonen, wordt ons staatje steeds levendiger.

Ikzelf probeer niet links, niet rechts maar,… nou ja,…. Dat probeer ik dus. Ik ben zelf wat conservatief en hou ook niet te veel van bemoeienis. Wel probeer ik de huiskamervoorzitter te zijn en middels debat de consensus te bereiken. Nu heerst er nogal wat ongelijkheid in onze mini-maatschappij, dus de consensus wordt enigszins opgedrongen. Naast de uitgedragen democratie zijn we niet vies van een vleugje dictatuur in onze ministaat.

En de liberale minister-president in ons huis? Die buigt zich in zijn huiselijke uren over werkdrukvermindering in de zorg.

Tijdens de gemeentelijke verkiezingen stem ik op manlief. Hij stemt op zichzelf. De meeste dingen moet je gewoon doen: op jezelf stemmen bijvoorbeeld, zeker ik de huishoudelijke politiek!

 

(foto: fractievergadering)

www.oj2.nl voor meer blogs!